VEMOBIN heeft samen met VPR, NOVE, BOVAG, BETA en de Federatie van Wegverzorgende Horecabedrijven (FWH) een brandbrief verzonden aan minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat. De sector is het niet eens met het tijdelijke beleidskader van het ministerie, dat in de ogen van alle spelers langs de rijksweg een rem zet op de uitrol van extra laadpalen op verzorgingsplaatsen. Ook de toekomstvisie op het uitgeven van vergunningen voor verzorgingsplaatsen langs de rijksweg moet anders, vindt de sector.

Adjunct-directeur Hélène Hol laat er namens VEMOBIN geen gras over groeien: “Onze leden (energiemaatschappijen) willen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen door laden en snelladen versneld uit te rollen op hun tankstations langs de snelweg. De consument verwacht niet minder van hen. Maar het nieuwe en voorgenomen beleid staat haaks op die wens en zet juist een rem op de energietransitie langs de rijksweg.” Hol doelt daarmee op de tijdelijke beleidsmaatregel die eind december door het Ministerie van IenW is gepubliceerd en op de toekomstvisie verzorgingsplaatsen, waarin een voorschot wordt genomen op de toekomstige uitgifte van vergunningen om een motorbrandstofverkooppunt of een laadplein met (snel)laders te mogen exploiteren.

 

Geen enkele noodzaak

Om te beginnen met het tijdelijke beleidskader, dat vlak voor de kerst werd gepubliceerd. Dat tijdelijke kader houdt in het kort in dat uitbaters van een motorbrandstofverkooppunt niet langer zomaar een vergunning voor extra laadpalen krijgen. Hun lopende vergunning moet nog minstens vijf jaar geldig zijn en de duur van de  laadpalen vergunning wordt gekoppeld aan de looptijd van de

vergunning van een aanwezige concurrent die laadpalen op hetzelfde verzorgingspunt een basisvoorziening laden exploiteert. “Heeft die concurrent nog drie jaar exploitatierecht, dan jij automatisch ook. Op die manier kunnen aanbieders van motorbrandstoffen en laadpalen niet voldoen aan de vraag van de consument naar meer oplaadmogelijkheden op zo kort mogelijke termijn”, zegt de adjunct-directeur “Onbegrijpelijk! We zijn nu juist gebaat bij zo snel mogelijk uitrollen van laadinfra langs de Rijksweg.” Het tijdelijke beleidskader komt volgens Hol bovendien op een moment dat het toekomstige beleid nog moet worden vastgelegd. “De Tweede Kamer moet zich nog uitspreken over de manier waarop vergunningen in de toekomst worden uitgegeven, er was in december dus nog geen enkele noodzaak om het tijdelijke beleidskader te publiceren.”

 

Onderzoek genegeerd

Over de  manier waarop toekomstige vergunningen worden uitgegeven is de sector evenmin te spreken. De vergunningen worden opgeknipt in een exclusief recht om een motorbrandstofverkooppunt met shop te exploiteren en een laadplein met shop, waarbij de winnaar van een vergunning moet kiezen voor laden of tanken. Allebei mag niet. De sector pleitte eerder in overleg met het ministerie voor een alles-in-één-hand oplossing, waarbij één vergunninghouder de verzorgingsplaats als geheel mag exploiteren. “Dit is volgens de sector efficiënter en veiliger”, zegt Hol “én geeft vergunninghouders de mogelijkheid om de geleidelijke overgang van benzine en diesel naar laden en bijvoorbeeld waterstof af te stemmen op de verschuivende vraag van de consument. Bovendien krijg je dan geen wildgroei aan shops op het verzorgingspunt, zoals met het voorgenomen beleid wél dreigt.” Het ministerie kiest op grond van twee theoretische, economische analyses voor de versplinterde oplossing en wijkt daarmee af van wat de rest van Europa doet – onze buurlanden kiezen juist voor alles-in-één-hand. “Een onderzoek van Buck Consultants dat in opdracht van IenW is gemaakt en dat de situatie op verzorgingsplaatsen in de rest van Europa in kaart heeft gebracht, is niet in de besluitvorming meegenomen”, zegt Hol.

 

Contra-expertise

Hoe nu verder? In de brandbrief zetten VEMOBIN, VPR, FWH, BOVAG en BETA hun kritiek nauwgezet uiteen en pleiten ze voor het intrekken van de tijdelijke beleidsmaatregel. Daarnaast overweegt de sector om een economische contra-expertise uit te laten voeren over de bevindingen van de economische rapporten. En om een duidelijk beeld te krijgen van de wijze waarop deze rapporten tot stand zijn gekomen is inmiddels een WOO-verzoek gedaan naar de inhoud van de opdracht aan de ingeschakelde economische bureaus en de wijze waarop het daaropvolgende onderzoek is uitgevoerd. “Het lijkt ons goed om de  eventuele uitkomsten van de contra-expertise te betrekken bij de politieke besluitvorming en de uitvoering van nieuwe plannen”, zegt Hol. “Energiemaatschappijen willen vol inzetten op duurzame mobiliteit en dan moet je de automobilist die op zoek is naar een laadpunt niet willen uitleggen dat dat van overheidswege niet kan. We moeten juist vooruit.” De brandbrief van de sector leest u hier. De inhoudelijke bijlage bij de brandbrief leest u hier.

Meer weten? Neem contact op.

VEMOBIN Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte
van de ontwikkelingen

Meld je aan voor onze nieuwsbrief