Stichting CoFiZe (Collectief Financieel Zekerheidsfonds) heeft per 1 januari 2023, in afwachting van de vergunning, haar werkzaamheden voortgezet als verzekeringsmaatschappij. De financiële zekerheidstelling blijft bestaan. Wel betalen deelnemende pomphouders als gevolg van de gestegen bedrijfskosten een hogere jaarlijkse bijdrage. Dick Linschoten, directeur van CoFiZe, over de aanleiding van deze herstructurering.
Om de huidige ontwikkelingen in de context te plaatsen, eerst een terugblik op het ontstaan van Stichting CoFiZe. Linschoten: “De stichting werd in de ‘90 negentig in het leven geroepen om een wettelijk probleem op te lossen. De grond onder ruim 6.000 benzinestations was in die tijd zwaar vervuild. Op last van de overheid moest deze grond in het jaar 2000 schoon zijn. Met name voor eigenaren van kleine tankstations waren de kosten van de sanering te hoog. Deze tankstations werden uit de markt gehaald en met behulp van een fonds gesaneerd. De schone grond werd vervolgens teruggegeven aan de eigenaren, met de restrictie dat op deze grond nooit meer een tankstation mag worden geplaatst. Om de situatie structureel het hoofd te bieden, werd nieuwe wetgeving opgesteld.”
Risicodekking
In de wet werd opgenomen dat iedere tankstationhouder financiële zekerheidsdekking moest stellen voor het hebben van een ondergrondse opslagtank voor motorbrandstoffen. Linschoten: “Met de invoering van deze wet werd het risico voor de Staat en voor omwonenden gedekt. De gevraagde zekerheid bedroeg destijds 500.000 gulden met een maximum voor zes tanks van 3.000.000 gulden. Volgens de wet kon dit geregeld worden met een onherroepelijke bankgarantie of een verzekering. Een onherroepelijke bankgarantie is echter nagenoeg onbetaalbaar en een passende verzekering kon in de markt niet voor een redelijke premie gevonden worden. Als goedkope oplossing werd toen een garantieregeling in het leven geroepen: Stichting CoFiZe.”
Toekomstbestendig
Om de stichting toekomstbestendig te maken, onderzocht het huidige bestuur recentelijk hoe de garantieregeling ook de komende jaren in stand kan worden gehouden. Linschoten: “Tijdens deze zoektocht bleek dat CoFiZe onder de Wet Financieel Toezicht valt en daarmee formeel een verzekeringsmaatschappij is. Deze status brengt verschillende eisen met zich mee, zoals het hebben van een passende vergunning, de oprichting en registratie van een naamloze vennootschap (nv).De daarbij behorende bestuurders en raad van commissarissen (RvC) moeten zijn goedgekeurd door de Nederlandse Bank (DNB). Het bestuur onderzocht eind 2021 uiteenlopende opties. Hieruit volgde de conclusie dat de meest kosteneffectieve en haalbare mogelijkheid is zelf een vergunning aan te vragen bij DNB en daarbij samen te werken met een bestaande verzekeraar die, in plaats van het huidige stichtingsbestuur, een door DNB goedgekeurd bestuur kan leveren. Op basis van deze constructie gaan we nu verder als CoFiZe N.V.”
Verhoogde jaarlijkse bijdrage
Het proces van herstructurering tot verzekeringsmaatschappij verloopt in nauwe samenwerking met DNB. Linschoten: “Om te voldoen aan de regels die de Wet Financieel Toezicht stelt aan een verzekeringsmaatschappij, hebben we ons management opnieuw ingericht en huren we externe expertise in voor bijvoorbeeld het maken van kwartaalrapportages en om ook te voldoen aan alle eisen die volwaardige verzekeringsmaatschappij stelt. Daarnaast dragen we de wettelijk verplichte assurantiebelasting à 21% af. Onder meer deze aanpassingen hebben per 1 januari 2023 geleid tot een stijging van de bijdragen van onze deelnemers. Pomphouders met een standaard risico betalen nu 35 euro per tank per jaar (in plaats van 7,50 euro), met een maximum van zes tanks.
Pomphouders met een verhoogd risico betalen 225 euro per tank per jaar (in plaats van 102,50 euro). Begin 2023 worden deze gelden geïncasseerd. Onze doelen blijven hetzelfde; we geven op de goedkoopst mogelijke manier uitvoering aan de wettelijke bepaling die op bezinestationhouders rust en we opereren zonder winstoogmerk.”
Communicatie
De afgelopen maanden zijn de nodige processen opgestart om formeel te opereren als verzekeringsmaatschappij. De komende periode geeft het bestuur verder vorm aan de herstructurering. Linschoten: “CoFiZe is per 1 januari van dit jaar bij onder meer de Kamer van Koophandel (KVK) geregistreerd als verzekeringsmaatschappij. De vergunning volgt naar verwachting in de loop van 2023. Dat is ook het moment waarop de externe bestuurders formeel zullen aantreden. De komende maanden houden we de deelnemers aan de regeling van CoFiZe N.V. zo goed mogelijk op de hoogte van de ontwikkelingen. We verwachten bijvoorbeeld op korte termijn bekend te maken met welke verzekeringsmaatschappij we gaan samenwerken. Ondertussen blijven we doen waar we voor zijn; het stellen van financiële zekerheid voor ondergrondse opslagtanks voor motorbrandstoffen.”
Meer weten? Neem contact op.
